Oud-werknemer ontvangt forse vergoeding voor gebruik portretfoto's

Oud-werknemer ontvangt forse vergoeding voor gebruik portretfoto's
Blog 2 januari 2023

Eerder dit jaar schreven wij al een blog over het gebruik van foto’s van werknemers door werkgevers. Regelmatig ontstaat hierover een conflict tussen (oud-)werknemers en werkgevers. Een recent voorbeeld is een zaak tussen Picnic en een oud-werkneemster, waarbij Picnic wordt veroordeeld tot betaling van €10.000,-.

Portretrecht?

Een geportretteerde kan zich op grond van artikel 21 Auteurswet verzetten tegen de publicatie van bijvoorbeeld foto- of filmmateriaal waarop hij staat, indien een redelijk belang van de geportretteerde zich tegen de openbaarmaking van het portret verzet. Dit kunnen privacybelangen of commerciële belangen zijn.

Als een werknemer echter expliciet toestemming heeft gegeven voor het gebruik van zijn foto’s, dan  kan hij zich niet zomaar verzetten tegen het gebruik van de foto’s. Voor een werkgever is het dus van groot belang de toestemming goed vast te leggen.

Hoe oordelen rechters over het portretrecht?

Coolblue

Eerder dit jaar wees de rechtbank Rotterdam de vorderingen van een oud-werknemer van Coolblue nog af. De oud-werknemer van CoolBlue had in zijn arbeidsovereenkomst toestemming gegeven voor het gebruik van zijn portret en daarmee expliciet afstand gedaan van zijn portretrecht. Naast deze expliciete toestemming, was er in dit geval ook sprake van impliciete toestemming van de oud-werknemer, nu hij medewerking heeft verleend aan het maken van foto’s en het figureren in een promotievideo.

Picnic

De rechtbank Amsterdam oordeelt echter anders in een recente zaak tegen Picnic. Een voormalig werkneemster van Picnic kwam in deze kwestie op tegen het grootschalige gebruik van foto’s waarop zij is afgebeeld voor verschillende reclame uitingen in Nederland en Duitsland. Een foto van betreffende werkneemster was onder meer afgebeeld op bestelbusjes en pronkte op verschillende websites.

Voor toestemming voor het gebruik van de foto’s van de werkneemster, heeft Picnic haar een zogenaamde “quit claim” laten ondertekenen en is aan de werkneemster een vergoeding betaald. In de quit claim was de volgende bepaling opgenomen:

“Bij deze verklaar ik geen bezwaar tegen openbaarmaking van beeldmateriaal gemaakt tijdens een Picnic shoot waarin ik herkenbaar in beeld kom. Ik verleen hierbij ook toestemming voor het gebruik van het beeld en/of tekstmateriaal door Picnic B.V. ten behoeve van promotiedoeleinden. Dit zal uitsluitend gebeuren binnen de beschikbare promotiekanalen van Picnic B.V. Voor ander of afzonderlijk gebruik van mijn bijdrage buiten het verband van deze productie, zal de producent mijn toestemming vragen en dienen te verkrijgen.”

Picnic stelt zich op het standpunt met de quit claim - en met name met de bepaling hierboven - (voldoende) toestemming te hebben voor het gebruik van de foto’s van de werkneemster op bestelbusjes en op verschillende websites. De (inmiddels ex-)werkneemster is het daar echter niet mee eens. En terecht, zo oordeelt de rechter.

De rechter is van oordeel dat de tekst van de door de werkneemster ondertekende quit claim aan Picnic niet de mogelijkheid biedt voor grootschalig gebruik van de foto’s. “In elk geval niet voor de meer dan levensgrote stickers op bestelbusjes (en al helemaal niet op bestelbusjes buiten Nederland). Dat kan in ieder geval niet worden begrepen onder de beschikbare promotiekanalen van Picnic BV.” Door de foto’s desondanks op deze wijze te gebruiken, heeft Picnic onrechtmatig gehandeld.

Daarnaast stelt de rechter zich op het standpunt dat “eiseres er geen rekening mee [heeft] behoeven te houden dat zij door grootschalig gebruik van haar portret voor het publiek mogelijk voor langere tijd met het bedrijf van gedaagde wordt geassocieerd.” De rechter is van mening dat de werkneemster daardoor immateriële schade heeft geleden en kent haar een schadevergoeding van € 10.000,- toe. Een dure les voor Picnic.

Het belang van goede toestemming omtrent gebruik portretfoto’s

Picnic heeft geprobeerd de toestemming van haar werkneemster voor een fotoshoot en het gebruik van de foto’s goed vast te leggen, maar toch bleek het niet voldoende. Wederom blijkt hoe belangrijk het is om toestemming van uw werknemer in een dergelijke situatie goed vast te leggen, maar om daarbij ook scherp te zijn op de precieze bewoording. Waarvoor geeft uw werknemer nou eigenlijk écht toestemming? En vooral: wat valt daar dan niet onder? Dit is van groot belang voor uw onderneming en voor wat u uiteindelijk met deze foto’s mag doen.

Wilt u meer weten over regels omtrent het portretrecht of andere intellectuele eigendomsrechten zoals merkrechten of modelrechten? Neem vrijblijvend contact op met een van onze advocaten (Pascal van Boxtel, Sophie Slijkhuis en Julia Driessen).  Zij zijn specialist op het gebied van intellectuele eigendomsrechten en commerciële contracten. Wilt u op de hoogte worden gehouden over interessante juridische zaken, schrijft u zich dan in voor de nieuwsbrief.

Terug

Neem contact op

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of wenst u meer informatie over een van onze diensten? Neem vrijblijvend contact met ons op!

Neem contact op